25 juni 2021, Landelijk - Het opofferen van goede landbouwgrond voor zonnepanelen is onverstandig én onnodig, dat bepleit stichting Urgenda in haar donderdag uitgekomen gids ‘Tussen kolen & Parijs’. Volgens de milieubeweging moet in plaats daarvan kleinschalig worden ingezet op zon- en windenergie. LTO Noord ziet deze conclusie als steunbetuiging voor haar inzet om geen zonnepanelen op landbouwgrond te plaatsen. Lees hieronder verder.

Vervolg

Om in 2030 de uitstoot van broeikasgassen te verlagen is aan 30 regio’s door heel Nederland gevraagd jaarlijks minstens 35 Terra wattuur (TWh) duurzame energie op te wekken. Om deze ambitie waar te maken worden Regionale Energie Strategieën (RES) uitgewerkt. In deze RES’en wordt beschreven hoe en hoeveel duurzame energie per regio wordt opgewekt.

Zonnepanelen op land minst wenselijk

Om te voorkomen dat de energietransitie ongewenste sporen trekt in het landschap wordt gewerkt met de zogenoemde zonneladder. Hierin staat welke maatregelen om duurzame energie op te wekken meer en minder wenselijk zijn. LTO Noord-bestuurder Ben Haarman: “Zonnepanelen op landbouwgrond zijn de minst wenselijke optie, maar in de praktijk trekt de financiële verlokking om zonnepanelen op landbouwgrond te plaatsen de ontwikkelingen scheef. Hierdoor komt er van de voorkeursvolgorde weinig tot niets terecht.”

Ook is het zo dat vele regio’s denken dat de doelen niet kunnen worden gehaald zonder zonnepanelen op landbouwgrond. Haarman: “Urgenda toont in haar plan aan dat dit niet het geval hoeft te zijn wanneer we op kleinschalige wijze zonne-energie gaan opwekken, bijvoorbeeld op daken van huizen.” Deze ideeën worden onder meer gesteund door nationale denkers als Martin Visser, Jan Rotmans en de Rijksbouwmeester.

LTO: Voorkom dat maatschappelijke kosten ontsporen

Door de huidige aanpak van RES’en ontstaat een onwenselijke lappendeken van heel divers gemeentelijk zon- en wind beleid door heel Nederland. LTO Noord pleit er daarom voor dat er regie wordt genomen om te voorkomen dat maatschappelijke kosten ontsporen, het netwerk destabiliseert en kostbare landbouwgrond verloren gaat. Provincies en de Rijksoverheid kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Haarman: “Het voorkomen van zonnepanelen op landbouwgrond is daarbij wat ons betreft een essentiële eerste stap.”

Dat wil volgens Haarman absoluut niet zeggen dat de boeren en tuinders niet mee willen werken aan de energietransitie. “Bij ons ligt een belangrijke sleutel om duurzame energie op te wekken. Als de juiste keuzes worden gemaakt kunnen we als landbouwsector flink bijdragen aan de energietransitie. Denk bijvoorbeeld aan de daken van onze stallen, die vol gelegd kunnen worden met zonnepanelen. Graag gaan we daarover in gesprek.”