17 mei 2019, Regio - Deze week streek er een groep van maar liefst 135 bontbekplevieren neer in het nieuwe natuurgebied Zuiderdiepgorzen. Maarten Sluijter, werkzaam bij vogelonderzoeksbureau Deltamilieu Projecten deed de waarneming en kon ook vaststellen welke ondersoort het was. Het betreft hier een Toendra ondersoort, die een tussenstop maakt op weg naar het hoge noorden waar ze gaan broeden. Lees hieronder meer en bekijk de foto's.

Bontbekplevieren

Van de bontbekplevier is bekend dat er een paar ondersoorten zijn. De in ons land broedende exemplaren, zo’n 300 paar, overwinteren min of meer vlakbij in West-Europa. De gesignaleerde groep behoort tot de zogenoemde Toendra ondersoort. Deze broeden hoog arctisch van Noord-Scandinavië tot Oost-Siberië en overwinteren in Afrika. Deze kleine vogeltjes leggen dus enorme afstanden af. Onderweg naar hun broedplaats in het noorden maken ze tussenstops op rustige en voedselrijke plekken om op kracht te blijven.
Deltanatuur voor trekvogels
De Zuiderdiepgorzen is een bijna 80 hectare groot nieuw ontwikkeld natuurgebied. Met uitgegraven kreken, slikoevers en vochtig grasland vormt dit een echt stuk Deltanatuur. Hier kunnen vogels terecht om te broeden, maar ook om te rusten of op te vetten tijdens hun duizenden kilometers lange trektochten. Ted Sluijter, boswachter Natuurmonumenten: “het gebied is afgelopen winter ingericht en direct dit voorjaar heeft de kievit al met meer dan 10 paar gebroed. Het is geweldig om te zien dat nu ook trekvogels zoals de bontbekplevier hier neerstrijken. Bijzonder detail is wel dat ‘onze’ bontbekplevieren al ruimschoots met jongen van dit jaar rondlopen, terwijl de Toendra exemplaren nog wel een toertje te gaan hebben. De vogels hebben hun reis inmiddels weer vervolgd.”

Tekst Ted Sluijter, boswachter Natuurmonumenten.