Zuid-Holland - Op dinsdag 15 augustus 2017 boog de rechter zich over de beroepsprocedure die de Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland samen met vijftien lokale natuurorganisaties heeft aangespannen tegen een ontheffing van de provincie Zuid-Holland voor het afschot van roeken. De provincie wil het schieten van roeken toestaan om schade aan landbouwgewassen te voorkomen. Met slechts 850 broedparen in Zuid-Holland is de roek in deze provincie een schaarse vogel. De uitspraak volgt binnen zes weken. Lees hieronder verder.

De NMZH vindt daarom dat beschermingsmaatregelen meer op zijn plaats zijn dan het toestaan van afschot. Bovendien is de omvang van de schade die roeken aanrichten zeer beperkt. De NMZH vindt daarom dat het vergoeden van deze incidenteel optredende schade een betere oplossing is.

De roek is een kraaiachtige vogel die slechts op een beperkt aantal plekken in Zuid-Holland voorkomt. Roeken kunnen schade aan de landbouw aanrichten doordat zij heel soms mais, granen of fruit opeten of aanpikken. Daar tegenover staat dat roeken ook positieve effecten hebben voor de landbouw doordat zij insecten eten die schade aan landbouwgewassen aan kunnen richten. Op landelijk niveau gaat de roekenpopulatie achteruit, uit onderzoek is gebleken dat afschot hier één van de oorzaken van is. De NMZH is daarom van mening dat de provincie afschot in Zuid-Holland, zelfs als dit maar een klein aantal roeken betreft, ten onrechte toestaat.